Gepubliceerd op Telegraaf.nl door ROY KLOPPER
De Chinezen hebben de Betuwe ontdekt. Nu de kersenperiode er op volle toeren draait, komen vrijwel dagelijks busladingen Aziaten aan bij de boomgaarden. Gewapend met lege bakjes rennen ze de bus uit, hup, de boomgaard in. Want plukken willen ze zelf doen.
Uitbaters van de kersentuinen zijn zelf nog het meest verbaasd over de plotse toestroom uit China: „Er is geen touroperator of gids die onze boomgaarden in zijn brochures heeft staan. Maar vorig jaar kregen we een telefoontje van een Chinese reisleider die vroeg of hij met zijn gezelschap naar ons bedrijf kon komen. Toen we ze welkom heetten, kwam een bus voorrijden”, zo meldt Jolanda Blom van de fruitfirma Betuwe Kers in Wadenoijen die deze week al zes bussen met Chinezen begroette.
Dinsdag rond het middaguur kwamen wederom twee touringcars voorrijden met 120 Chinezen, hetgeen voor lichte paniek zorgde bij het personeel van de kersentuin. Maar veel last heb je niet van de nieuwe klandizie, zo meldt mede-eigenaar Aart Blom. Hij is graag bereid de Aziatische bezoekers wat te vertellen over zijn vak. Maar daarvoor bestaat niet altijd evenveel belangstelling: „De meesten rennen met hun bakje de bus uit, rechtstreeks naar de kersentuin om meteen te gaan plukken.”
Een zakje voorgeplukte kersen vinden ze niks, zo weten ze bij Betuwe Kers: „Het gaat hen om de beleving van het plukken. Dat lukt vrij aardig, al laten ze wel eens de steeltjes aan de boom hangen en dat is eigenlijk niet de bedoeling. Maar je kunt ze niet alles duidelijk maken.” Ook directeur Richard de Bruin van het Regionaal Bureau Toerisme Rivierenland ziet de groei van het Aziatisch toerisme in de Betuwe. „Ze komen hier spontaan aanwaaien. Het is allemaal mond-tot-mond reclame tussen Chinezen die erover op sociale media berichten of elkaar de tip geven.”
De Bruin ziet de belangstelling vanuit de andere kant van de wereld als aanmoediging voor zijn plannen om een jaarrond geopende toeristische attractie te openen. Deze moet kersen en andere regionale landbouwproducten als thema krijgen. Een naam is er al: Streeckerij. Ondernemers willen in het jaarrond geopende Betuwe-belevingspark op vier hectare grond onder meer restaurants, vergaderlocaties, kinderattracties en winkels laten verrijzen. Ook wordt een minireplica gebouwd van de beroemde Flipje-fabriek uit Tiel waarin bezoekers onder meer kunnen zien hoe fruit uiteindelijk in de jampot belandt.
Scepter zwaaien
De gemeente Tiel, die de scepter zwaait over de beoogde vestigingsplaats Wadenoijen, is bereid het bestemmingsplan aan te passen. Een zegsvrouw meldt dat nog wel studies volgen naar de milieu- en verkeerseffecten. De Bruin voorziet weinig problemen: „Het park komt straks pal naast de afrit van de A15, ideaal bijvoorbeeld voor Duitse toeristen op weg naar Zeeland. Het dorp Wadenoijen zal weinig overlast ondervinden.” Het stadsbestuur van Tiel wil voor eind van dit jaar aanbevelingen naar de gemeenteraad sturen. Bij groen licht kan het nieuwe park volgend jaar of uiterlijk in 2021 openen.
Fruitteler Aart Blom wil de Streeckerij gaan exploiteren. Hij heeft al een attractietuin gemaakt van zijn kersengaard in Wadenoijen, die het ook bij niet-Chinezen goed doet. „In weekenden staan we hier vaak met tien tot twaalf mensen te helpen. En op de komende Kersendagen in het weekeinde van 6 en 7 juli, verwachten we 15.000 mensen. Belangstelling genoeg dus. Gezond voedsel uit de eigen regio leeft enorm bij de consument. Iedereen wil tegenwoordig weten wat hij eet en hoe het is geproduceerd. Daarin kan de nieuwe Streeckerij straks een grote rol vervullen.”
Echtgenote Jolanda bemerkt dat velen de nodige educatie kunnen gebruiken: „Sommige klanten weten niet eens dat kersen aan een boom groeien.” Ook is er veel geklaag over de prijs, waarbij klanten volgens haar vergeten dat de goedkopere kersen in de supermarkt vaak uit Turkije of Spanje komen en veel minder vol van smaak zijn.
En dan is er nog de les over de bloemetjes en de bijtjes. Omdat de populatie geelzwarte insecten snel afneemt, laat de familie Blom ’leasebijen’ invliegen voor de bestuiving. Jolanda: „Als die miljoenen diertjes hun klus hebben geklaard, worden ze weer opgehaald door bijenkwekers. Dat soort dingen kun je straks laten zien in een fruitpark.” Dat verlost de telers wellicht van gemekker over de prijs. Iets waarvoor bij Chinese klanten niet hoeft te worden gevreesd: zij tellen zonder gemopper vele tientjes neer voor kistenvol zelf geplukt rood fruit. Betuws cultuurgoed mag wat kosten.