Gouden toekomst
Het toeristisch aanbod in de verblijf- en dagrecreatie groeit de afgelopen jaren in een snel maar beheersbaar tempo. Deze ontwikkelingen hebben geleid tot een laatst gemeten piek van maar liefst +60% in de aantallen overnachtingen. Toch is er nog voldoende ontwikkelruimte in het Gelderse Rivierengebied. En daar zijn ook talrijke plannen voor. Stichting Bureau Toerisme, sinds 1 april.l. de nieuwe naam van Regionaal Bureau voor Toerisme Rivierenland, ziet een gouden toekomst voor het gebied.
Gezellig druk
Onder de dagrecreatieve bedrijven is geen enkele sprake van overdrukte door de komst van dagjesmensen. Het bedrijfsleven ervaart nog voldoende ruimte om verantwoordelijk te kunnen groeien. In een steekproef van Stichting Bureau Toerisme, op basis van de cijfers van 2019, is gekeken naar de bezoekersdrukte op een aantal grotere locaties waarbij de invloed van de weersomstandigheden is meegenomen. Ook daar wordt het beeld van ‘ruimte voor ontwikkeling’ bevestigd. De druk op de openbare ruimte is -naast deze beknopte metingen- alleen nog uit te drukken vanuit een gevoel. In de nabij toekomst gaat Bureau Toerisme het initiatief nemen om inzicht te geven in het gebruik van de routenetwerken en de overige openbare ruimten. Want met de juiste kennis kan je keuzes maken over toekomstige ontwikkelingen.
Landelijke hotels en vakantieparken
Naast het aantal overnachtingen is er ook groei zichtbaar in de ontwikkeling van verschillende accommodaties. Zo zijn er meerdere nieuwe vakantieparken in aantocht. Het gebied is ‘ontdekt’ door ontwikkelaars. Een gewenst resultaat wat al meerdere jaren onderschreven wordt vanuit het economisch onderzoek van Bureau Toerisme, de zogeheten Monitor vrijetijdseconomie Rivierenland. “De verwachting is dat we binnen nu en de aankomende 10 jaar volledig op peil zijn om de bezoekers voldoende overnachtingsmogelijkheden te kunnen bieden.”, aldus Richard de Bruin, directeur van Bureau Toerisme.
Fysieke ruimte is er nog voldoende. Bijvoorbeeld voor gewilde kleinere landhotels. “Dergelijke accommodatietypen passen uitstekend bij de meest ideale bezoekers van ons gebied.”, vult De Bruin aan. “Want we zijn niet op zoek naar massale invullingen. We willen gaan voor kwaliteit, passend bij de aard en schaal van het landschap.”
Ruimte voor nieuwe concepten
Bureau Toerisme adviseert gemeenten voornamelijk te kijken naar de variatie van het aanbod. Een nieuwe camping hoeft niet te betekenen dat dat niet aanvullend is op het huidige campingbestand. Een ander campingconcept past prima; de komst van een farmcamping bijvoorbeeld. Wat telt is de aansluiting op het DNA van de regio, zodat ontwikkelingen in lijn zijn met de juist zo kenmerkende landschappelijke waarden van het gebied.
Met die aanpak gaat de regio volgens Bureau Toerisme een gouden toekomst tegemoet met een beheersbare groei waarbij zowel inwoners als bezoekers zich heerlijk thuis voelen. En niet onbelangrijk; waar velen ook profiteren van de groei in werkgelegenheid.
